Een standbeeld voor Jacob van Lennep

Sorry, lieve volgers, ik was in Italië en dacht wel geregeld verder te kunnen werken aan mijn Van Lennep-blog, maar muurtjesbouwers, waterleidingzoekers, reparateurs, bouwvakkers, zusters, broers, neven en nichtjes, dochter met nieuwe amant en laatste versie van haar boek dat in oktober verschijnt en dat doorgesproken moest worden, hondje Mimi dat wandelaars wegblafte en mooie boeken uit de 21e eeuw hielden mij van Van Lennep af, die rustig als de dood in zijn database mijn aandacht lag af te wachten. Intussen hielden anderen zich met hem bezig. Zoals de makers van de nieuwe serie over de 19e eeuw met Hans Goedkoop, de Stalen Eeuw, die onder de indruk zijn van Van Lenneps bemoeienissen met de waterleiding. Hij was verantwoordelijk voor de eerste Nederlandse waterleiding, die in 1853 in Amsterdam openging en daar water vanuit de duinen bracht. Hij zorgde voor de plannen, samen met een Engelse ingenieur, haalde geld bij elkaar en wist de Amsterdamse gemeenteraad te overtuigen van de haalbaarheid van 25 kilometer leiding onder de grond, een primeur toen. Uit mijn Italiaanse waterleiding kwam geen water: had ik maar een Jacob van Lennep in de buurt gehad. Door hem hebben we in Amsterdam zo ongeveer het beste water van de wereld, en het water stroomt nog steeds voor een deel door buizen uit de negentiende eeuw in Engelse maten. Jacob van Lennep verdient een standbeeld bij de Haarlemmerpoort, want daar stroomde voor het eerst het water Amsterdam binnen, voor één cent per emmer konden mensen het halen. Ik richt hier een imaginair standbeeld voor hem op – moge het echte spoedig volgen.